Beweegstimulerende inrichting bij de jeugdgezondheidszorg: de tussenstand
Van jongs af aan voldoende bewegen is essentieel voor een gezonde ontwikkeling van baby’s, dreumesen en peuters tot volwassenen. In het kader van een pilot zijn daarom sinds begin september de binnenruimtes van vijf jeugdgezondheidszorglocaties beweegstimulerend ingericht. De pilot is nu halverwege, tijd voor de tussenstand!
Belang van bewegen
Gaan ouders en jeugdartsen, jeugdverpleegkundigen, verpleegkundig specialisten en (dokters)assistenten vaker met elkaar in gesprek over het stimuleren van bewegen als de inrichting daartoe uitnodigt? Deze vraag staat centraal bij de vijf JGZ-organisaties die deelnemen aan de pilot: GGD Gelderland Zuid, GGD Limburg Noord, GGD regio Utrecht en SAG Zorgontwikkeling BV Amsterdam (deelname twee locaties).
Bij deze locaties is op eenvoudige wijze een binnenruimte gecreëerd die het belang van bewegen uitstraalt en jonge kinderen aanzet tot bewegen. Het doel hiervan is dat de bewustwording van ouders over het belang van bewegen voor jonge kinderen toeneemt. Bovendien laat het zien dat bewegen eenvoudig in het dagritme van kinderen en ouders past.
Tussenstand pilot
Woensdag 4 november kwamen de locaties online bij elkaar om de tussenstand op te maken. Het doel van dit groepsgesprek was enerzijds het uitwisselen van ervaringen en anderzijds het ophalen van informatie voor het monitoring- & evaluatietraject van deze pilot. Het groepsgesprek werd geleid door onderzoeksbureau ResCon.
Al snel werd duidelijk dat de beweegstimulerende inrichting erg positief wordt ontvangen door kinderen, ouders en medewerkers van de JGZ-locaties. De aangepaste inrichting zorgt voor een positieve uitstraling van de locatie en kinderen maken daadwerkelijk gebruik van de diverse middelen. Wel geven de organisaties aan dat verschillende afspraken en randvoorwaarden nodig zijn om het project te laten slagen. Denk bijvoorbeeld aan het op tijd betrekken van een facilitair medewerker, zodat de nodige acties en voorbereidingen in kaart gebracht kunnen worden. Ook geven de deelnemende organisaties aan hoe belangrijk het is dat alle collega’s op de werkvloer op de hoogte zijn en voldoende worden betrokken. Dat kost tijd, maar is absoluut essentieel.
Vanzelfsprekend blijkt ook de coronacrisis van invloed op het resultaat van de pilot. Broertjes en zusjes mogen tijdelijk helaas niet mee naar het consult, terwijl de gedachte was dat juist ook zij gebruik zouden kunnen maken van de attributen tijdens het wachten. Tegelijkertijd is er weinig tot geen afleiding van het andere speelgoed in de ruimte aangezien dit vanwege corona is weggehaald, wat resulteert in extra aandacht voor de nieuwe objecten van de pilot.
Van monitoring en evaluatie naar inspiratiegids
De pilot loopt tot en met begin december. Om te achterhalen in hoeverre de pilot tot de gewenste resultaten leidt, worden de ervaringen van de vijf deelnemende JGZ-locaties op verschillende manieren geanalyseerd. Onder meer met dit tussentijdse groepsgesprek, maar ook met behulp van een uitgebreid monitoring- en evaluatietraject. Op basis van de gegevens die hieruit voortkomen wordt een inspiratiegids ontwikkeld ter inspiratie voor andere JGZ-organisaties. Het uiteindelijke doel is namelijk om beweegstimulering voor de allerjongsten bij zowel alle JGZ-organisaties als ouders hoog op de agenda te krijgen.
Blijf op de hoogte
De pilot is een samenwerking van Kenniscentrum Sport & Bewegen en Nederlands Centrum Jeugdgezondheid en wordt uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Meer weten over de pilot bij de JGZ-organisaties? Lees er meer over op de website Alles over Sport. Op de hoogte blijven van de lancering van de inspiratiegids en andere relevante ontwikkelingen? Meld je dan aan voor de Kennisupdate Jeugd.