Ruimte voor zaalsport en bewegingsonderwijs in Heerlen
zicht op ervaren knelpunten
Deze rapportage brengt de verhouding tussen aanbod en behoefte in de gemeente Heerlen aan binnensportaccommodaties in beeld en plaatst de (ervaren) knelpunten in context. Het onderzoek is uitgevoerd door het Mulier Instituut in opdracht van de gemeente Heerlen.
Conclusies en aanbevelingen
Een kwart van de sportverenigingen en -groepen geeft aan dat het aantal binnensportaccommodaties ontoereikend is voor hun behoefte.
De ervaren knelpunten hebben bijna uitsluitend betrekking op het doordeweekse avondgebruik van de sporthallen. Toch bieden de bestaande sporthallen voldoende ruimte voor de behoefte. Dit blijkt uit onze analyses.
Een deel van de sporthallen kent een relatief grote leegstand. Veel ervaren knelpunten zijn zeer specifiek locatie- en tijdgebonden en zijn te verhelpen met meer flexibiliteit van de gebruikers tijdens het proces van inroostering. Intensivering van het gebruik van de bestaande sporthallen is in lijn met het geformuleerde sportbeleid van de gemeente Heerlen.
Het is zinvol onderzoek te doen naar de mogelijkheden om het gebruik van de impopulaire accommodaties te vergroten. De gemeente kan een (periodiek) gebruikersoverleg starten om intensivering van het halgebruik te bespreken en om eigenaarschap van de onderbenutting van de accommodaties te creëren.
Acht op de tien schoolleiders geven aan dat het aantal binnensportaccommodaties ontoereikend is voor hun behoefte. De ervaren knelpunten kunnen veelal herleid worden tot scholen die geen gymnastieklokaal binnen 1.000 meter van het schoolgebouw hebben en tot scholen die een gymnastieklokaal moeten delen met meerdere andere scholen, waardoor organisatorische knelpunten bestaan.
Fysieke exemplaren |
||
Organisatie | Plaatsingskenmerk | Status |
---|---|---|
Mulier Instituut | BIEB-1048 | Wordt niet uitgeleend |
Publicaties worden niet uitgeleend aan externen. Inzage op verzoek:
Mulier Instituuttel: 030-7210220
e-mail: info@mulierinstituut.nl