Kennismaken met een sportactiviteit en de rol van media

Van de volwassen Nederlanders is 28 procent in de periode van mei 2021 tot mei 2022 een sportieve activiteit gestart. Het gebruik van media speelt daarbij een belangrijke rol: niet alleen bij het leren, maar ook bij het beoefenen zelf. Dit blijkt uit onderzoek van het Mulier Instituut.

Vooral jongvolwassenen startten met sport
Met name jonge volwassenen starten een sportactiviteit, mannen wat vaker dan vrouwen. De meeste mensen startten een activiteit met een bekende, zoals een familielid. Maar ook met een trainer en met behulp van een app noemen mensen vaak.
De mensen die sportieve activiteiten startten, zijn ongeveer gelijk verdeeld over vier vormen:

• één keer geprobeerd;
• een paar keer geprobeerd;
• de techniek/basis geleerd;
• inmiddels regelmatig beoefend.

Apps en media veel gebruikt om sporten te leren of te beoefenen
Veel mensen gebruiken apps en andere media bij het sporten. 30 procent van de volwassenen gebruikt deze om een sportactiviteit te beoefenen of te leren. Het gaat vooral om (instructie)filmpjes in apps, televisieprogramma’s en dvd’s.
De belangrijkste redenen om media te gebruiken bij het sporten zijn:

• op eigen tempo kunnen leren (35%);
• geen oefeningen hoeven te bedenken (35%);
• de oefeningen/sporten in eigen tempo kunnen doen (34%);
• oefeningen proberen/beoefenen zonder dat anderen meekijken (37%).

Onderzoek naar starten met sport en de rol van de media
In dit factsheet is in kaart gebracht hoe mensen met een sportieve activiteit starten en welke rol media daarbij spelen. Daarvoor is het Nationaal Sportonderzoek uit mei 2022 onder 1.499 volwassen Nederlanders gebruikt. Het onderzoek is uitgevoerd met steun van het ministerie van VWS.