Perceptie, risico en preventie van sportblessures
het perspectief van de recreatieve sporter
Er zitten grote verschillen in hoe sporters een sportblessure definiëren en hoe zij de risico’s en preventiemogelijkheden inschatten. Dat blijkt uit onderzoek van het Mulier Instituut onder ruim 1.800 recreatieve sporters in Nederland. Het onderzoek is uitgevoerd met steun van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Uiteenlopende definities van blessure
Moeten stoppen met een sportactiviteit vanwege pijn is volgens sporters de beste beschrijving van een sportblessure. Wel verschilt de definitie sterk naar leeftijd: ouderen denken eerder aan een blessure als er een medische behandeling nodig is, jongeren juist als zij pijn ervaren tijdens het sporten.
Sporters ervaren het niet kunnen uitvoeren van dagelijkse activiteiten en een medische behandeling nodig hebben het vaakst als (heel erg) vervelend bij een blessure.
Meeste blessures volgens sporters niet te voorkomen
Bijna de helft van sporters die in het afgelopen jaar een blessure hebben gehad, denkt dat zij die niet zelf hadden kunnen voorkomen. Als dat wel kon, was dat door:
- beter naar het eigen lichaam te luisteren;
- meer oefeningen te doen om spieren te versterken;
- de sportintensiteit beter op te bouwen;
- een betere warming-up/cooling-down uit te voeren.
Inschatting risico op blessure verschilt tussen groepen
Een op de vier sporters (28%) is van mening dat hij of zij geen risico loopt om in de komende zes maanden een blessures te krijgen. Jongeren schatten dit risico veel hoger in dan ouderen. Ook geblesseerden en contactsporters zien een relatief groot risico op een blessure.
Vragenlijst onder recreatieve sporters
Dit onderzoek is gebaseerd op een vragenlijst onder recreatieve sporters. In het najaar van 2021 heeft het Mulier Instituut via het Nationaal Sportonderzoek (NSO) Nederlanders van 16-79 jaar bevraagd. De resultaten geven input voor het ontwikkelen van sportblessurepreventieprogramma’s, zodat deze goed aansluiten bij het perspectief van de sporters zelf.
Het belang van sportblessurepreventie
Uit het rapport ‘Impact van scenario’s voor sport en bewegen op gezondheid en zorgkosten’ van het RIVM (2022) blijkt dat de kosten van sportblessures in 2040 8 miljoen euro hoger zullen zijn dan in 2019 als 75 procent van de Nederlanders aan de Beweegrichtlijn voldoet. Dat laatste is de ambitie uit het Nationaal Preventieakkoord. Om deze stijging te verminderen en om mensen structureel en met plezier in beweging te houden is het essentieel om naast sportstimulering ook in te zetten op sportblessurepreventie.
Fysieke exemplaren |
||
Organisatie | Plaatsingskenmerk | Status |
---|---|---|
Mulier Instituut | BIEB-824 | Wordt niet uitgeleend |
Publicaties worden niet uitgeleend aan externen. Inzage op verzoek:
Mulier Instituuttel: 030-7210220
e-mail: info@mulierinstituut.nl