De verleiding weerstaan
grenzen aan beïnvloeding van gedrag door de overheid
Dit RMO-advies stelt de vraag onder welke voorwaarden de overheid nieuwe inzichten uit de psychologie en de gedragseconomie kan aanwenden met als doel de autonomie van burgers te versterken. Hierbij is een aantal deelvragen van belang.
- De eerste betreft de belofte dat nudging de vrijheid van burgers niet aantast; wordt deze belofte waargemaakt of is nudging bij uitstek paternalistisch?
- De tweede vraag betreft de veronderstelling dat burgers zich eenvoudig aan nudges kunnen onttrekken; is dit zo of werken nudges in de praktijk juist manipulerend?
- De derde vraag betreft de gedachte dat nudges vooral in het belang van burgers zouden zijn; hangt dit niet af van de politieke doelen achter nudging en leidt nudging niet tot een technocratische vorm van beleidsvoering?
Het advies stelt een herdefiniëring van nudging. Het doel ervan (voor zover het nudging door de overheid betreft) moet niet zijn om mensen een duwtje in de “goede” richting te geven, maar juist om hun weerstand te versterken tegen verleidingen die niet in overeenstemming zijn met hun eigen waarden en doelen. Nudges kúnnen dit doen omdat ze meer dan traditionele strategieën mensen in staat stellen keuzes te maken zonder hen die keuzes op te leggen. In het kader van dit advies is een aparte achtergrondstudie verschenen: Overheidsbeleid gericht op gedragsverandering: meer dan een mooi streven?
Fysieke exemplaren |
||
Organisatie | Plaatsingskenmerk | Status |
---|---|---|
Mulier Instituut | BELE-0069 | Beschikbaar |
Publicaties worden niet uitgeleend aan externen. Inzage op verzoek:
Mulier Instituuttel: 030-7210220
e-mail: info@mulierinstituut.nl