Sociaal Vitaal en Sociaal Vitaal in Kleur
Doelgroep
Sociaal Vitaal is een interventie voor senioren van 65-85 jaar, met bewegingsarmoede, een laag inkomen, die fysiek kwetsbaar zijn, die zich eenzaam voelen en een geringe weerstand hebben om te kunnen omgaan met veroudering. Sociaal Vitaal in Kleur is gericht op senioren met een migratieachtergrond van 55 jaar en ouder.
Doel
Sociaal Vitaal streeft het verbeteren van de fysieke fitheid en het verminderen van eenzaamheid na.
Aanpak in het kort
Het Sociaal Vitaal programma bestaat uit de werving van deelnemers, het screenen op bewegingsarmoede, met meten van fysieke fitheid en eenzaamheid en het aanbieden van een veelzijdig beweegprogramma met specifieke lessen voor weerbaarheid. Tijdens de koffie worden gezondheidsvoorlichting en zelfmanagement oefeningen aangeboden. Het programma wordt geborgd.
Materialen
Er is een handboek voor de uitvoering van Sociaal Vitaal geschreven met een aanpak en stappenplan voor de werving, de screening, de opzet het programma en de borging. Aanvullend zijn er zeven bijlagen beschikbaar, zoals (1) een werkmap met formulieren, documenten en brieven, (2) een scholingsmap voor docenten, (3) een wervingsprotocol, (4) een fitheidsprotocol, (5) een werkmap programma, (6) een borgings- en continueringsprotocol, en (7) een kwaliteits- en borgingsprotocol.
Organisatie en locatie
Sociaal Vitaal kan, afhankelijk van de omvang van de doelgroep, in een of meerdere wijken/dorpen van een gemeente uitgevoerd worden. In de praktijk worden ook wel meerdere projecten tegelijkertijd worden uitgevoerd. In dat geval worden niet 1000-1400 senioren per brief benaderd maar veelvoud daarvan, bijvoorbeeld 3000-4200 senioren.
In de praktijk kunnen gemeenten, huisartsen, welzijnsinstellingen, lokale sportorganisaties, provinciale sportorganisaties, buurtsportcoaches, NOOM en de stichting GALM het initiatief nemen om Sociaal Vitaal projecten uit te voeren.
Voor de uitvoering van Sociaal Vitaal projecten wordt lokaal een projectgroep samengesteld waarin de gemeente, de lokale welzijnsinstelling, de thuiszorg, buurtsportcoach(es), de GGD, praktijkondersteuners (POH), wijkverpleegkundige, de buurt – of dorpsvereniging, de provinciale sportraad, de stichting GALM en vertegenwoordigers van lokale zelforganisaties van migranten en het NOOM worden betrokken.
Voor de uitvoering van het programma zijn zalen nodig waarin 15-20 mensen kunnen bewegen. Bij voorkeur wordt een gymzaal of sporthal gebruikt. Maar het is ook mogelijk om buurthuizen, kerkgebouwen, verzorgingshuizen, sportkantines, oefenzalen van fysiotherapeuten of ziekenhuizen de lessen aan te bieden.
Meer informatie
- uitgebreide_beschrijving_sociaal_vitaal_en_sociaal_vitaal_in_kleur.pdf
Over o.a. randvoorwaarden voor een goede uitvoering, de kosten en resultaten van de procesevaluatie.