Denken en Doen
Doelgroep
De doelgroep is ouderen (in de leeftijd van 55+). Bij deze (oudere) leeftijdsgroep komen sociale isolatie en eenzaamheid vaak voor. Potentiële deelnemers worden aangeschreven op basis van een keuze door/via de gemeente. Daarnaast kan de gemeente selecteren op additionele risicofactoren voor eenzaamheid, bijvoorbeeld ouderen die alleen wonen of zij die wonen in een kwetsbare wijk of buurt. Hierbij gelden geen toegang-selectie criteria, omdat een gemêleerde groepssamenstelling van eenzame en niet-eenzame ouderen wordt beoogd. Uit onderzoek is bekend dat van de deelnemers die meedoen meer dan 30% chronisch ziek is en eenderde van de deelnemers bij aanvang eenzaam is.
Doel
Ouderen (55+) krijgen door deelname aan Denken en Doen meer sociale contacten en vergroten daardoor hun sociale netwerk, waardoor eenzaamheid vermindert of wordt voorkomen. Hierbij wordt bridge ingezet als middel om mensen met elkaar in contact te brengen en (langdurig) met elkaar te verbinden.
Aanpak in het kort
De interventie Denken en Doen duurt in totaal twee jaar en is opgebouwd uit 5 stappen. Vanaf de 2e tot de 4e stap, worden de stappen gezet via wekelijkse bijeenkomsten van ca. 12 bridgelessen per stap van gemiddeld 2,5 uur onder leiding van een door de BridgeBond geïnstrueerde docent. De 5e stap omvat clubbegeleiding waarbij dezelfde docent aanwezig is.
Materialen
De belangrijkste materialen voor eindgebruikers: bridgemateriaal (zoals speelkaarten, boards, biddingboxen, tafelbladen, scorekaarten), bridge leermateriaal en bridge oefenmateriaal. Voor lokale uitvoerders zijn o.a. een projecthandleiding en diverse folders en uitnodigingsbrieven beschikbaar. Tenslotte is er voor docenten een docenteninstructie. Bij de leerboeken voor Denken en Doen zijn afzonderlijke docentenhandleidingen aanwezig en is ondersteuning in ‘PowerPoint’ beschikbaar.
Organisatie en locatie
De speelgelegenheid:
Bijeenkomsten gaan wekelijks plaatsvinden in een ‘speelgelegenheid’. In totaal zijn er over twee jaar ruim 88 bijeenkomsten. De zaal moet voor de doelgroep (ook mensen met een beperking) toegankelijk en bereikbaar zijn. Meestal is dit een buurtcentrum, maar het kan ook een denksportcentrum zijn of een zaal in een zorgcentrum of aanpalend aan een kerk. Bridgeclubs hebben meestal geen zalen in eigendom. De zaal moet voor deze gelegenheid besloten zijn (een openbare horeca gelegenheid voldoet niet). Hierin moeten tenminste 7 losse tafels staan met rondom elk 4 stoelen, rolstoeltoegankelijkheid (en –manoeuvreerruimte) is gewenst. De aanwezigheid van een beamer/projectiescherm is een pré. De interventie is ontworpen voor max. 60 personen die in eerste instantie worden verdeeld over twee lesgroepen van max. 28-32 personen. Een belangrijk moment vindt plaats na stap 4 omdat in stap 5 lesgroepen worden samengevoegd. Er zijn vanaf dit moment dus aanzienlijk meer tafels en stoelen nodig. Het benodigde oefenmateriaal wordt door de bridgedocent meegenomen, indien het niet ter plaatse kan worden opgeslagen, wat de voorkeur heeft.
Type organisatie:
a) Gemeenten en organisaties voor ouderenzorg en eenzaamheidsbestrijding
b) Lokale sportserviceorganisatie
c) Bridgeverenigingen
d) BridgeBond
Het is afhankelijk van de financiering van de interventie hoe deze organisatorisch is verankerd. Heeft de gemeente bijvoorbeeld opdracht gegeven aan de BridgeBond dan neemt deze de verantwoordelijkheid voor de uitvoering. Gemeenten kunnen zich laten vertegenwoordigen door een zorginstelling waarmee wordt samengewerkt.
Ad a. Gemeenten en organisaties voor ouderenzorg en eenzaamheidsbestrijding
Denken en Doen sluit aan bij het gemeentelijk ouderenbeleid en beleid rondom eenzaamheid. De gemeente speelt een rol in de financiering en werving van deelnemers. Veel gemeenten besteden de uitvoering van hun ouderenbeleid uit aan een organisatie voor ouderenzorg/welzijn. Deze organisatie wordt dan binnen de interventie aanspreekpunt. De selectie en aanschrijving van deelnemers gebeurt onder verantwoording van de gemeente (zie ook paragraaf 1.1 selectie van doelgroepen).
Ad b. Lokale sportservice organisaties hebben binnen de gelden uit sportakkoord II mogelijkheden om initiatieven te ondersteunen met betrekking eenzaamheidsbestrijding en ouderenbeleid. Zij kunnen begeleiding bieden bij een Denken en Doen project, zoals een locatie beschikbaar stellen, subsidie geven of een buurtsportcoach toevoegen aan het project.
Ad c. Bridgeverenigingen
Er wordt met de lokale bridgeclubs samengewerkt omdat zij zorgen voor vrijwilligers (tafelbegeleiders) en bijdragen aan continuïteit van het opgezette netwerk na 2 jaar (deelnemers kunnen dan (soms als satellietclub) aansluiten bij de lokale bridgeclub.
Ad d. BridgeBond
De BridgeBond is enerzijds aanjager van Denken en Doen projecten, waarbij zij deze interventie onder de aandacht van gemeenten en andere betrokken organisaties in het veld van ouderen brengt, en anderzijds uitvoerder die een belangrijke rol heeft tijdens de interventie. Vanuit de BridgeBond worden de docenten geselecteerd en begeleid. Daarnaast levert de BridgeBond de voor de interventie benodigde materialen.
Meer informatie
- uitgebreide_beschrijving_denken_en_doen.pdf
Over o.a. randvoorwaarden voor een goede uitvoering, de kosten en resultaten van de procesevaluatie.